E-commerceplatform Wish heeft een nieuwe eigenaar: onlinespecialist Qoo10 uit Singapore. De overname maakt echter vooral duidelijk dat Wish het onderspit delft tegenover concurrenten, zoals Temu en AliExpress.
Van de troon gestoten
Bij zijn beursgang in 2020 werd Wish, dat Chinese roots heeft maar in San Francisco is gehuisvest, nog gewaardeerd op liefst veertien miljard dollar. De verkoopprijs vandaag bedraagt een schamele 173 miljoen dollar, goed 150 miljoen euro. Het bedrijf is van zijn troon gestoten door AliExpress en Shein, maar toch vooral door Temu.
Wish was een van de eerste die goedkope producten rechtstreeks van de Chinese fabrikanten naar westerse consumenten bracht. Het platform werkt vooral via het systeem van ‘dropshipping’: de aanbieders hebben vaak geen eigen voorraden, maar geven hun bestelling door aan leveranciers op het moment dat consumenten kopen. Dat levert lange wachttijden op, maar wel aan spotprijzen. Vandaag is de consument echter zowel gemakkelijk, goedkoop als snel online bestellen in China gewoon.
Ook Temu verliest al greep
Dat het moeilijk is om je plaats te behouden op de volle onlinemarkt bewijst nu zelfs Temu, dat in de Verenigde Staten bakken geld uitgaf aan reclame rond de Super Bowl. Het jonge bedrijf organiseerde voor vijftien miljoen dollar aan weggeefacties tijdens het jaarlijkse sportevenement, bovenop een reeks reclamespots die zeven miljoen dollar kostten, aldus CNBC.
Temu verliest – na amper een jaar – al gebruikers in de VS en probeert de vraag uit alle macht aan te zwengelen. Toch zou het aantal nieuwe gebruikers dit jaar na de Super Bowl lager liggen dan een jaar geleden. Wish gaf zelf ook veel geld uit aan socialemediamarketing, vooral via de Meta-platformen, om shoppers aan te trekken. Het zette zijn logo zelfs op de shirts van de Los Angeles Lakers, maar moest in november toch op zoek naar “strategische uitwegen” en een nieuwe CEO.