In een ludieke campagne tegen de manier waarop vleeskippen gekweekt worden, stellen dierenrechtenorganisatie Gaia en auteur Herman Brusselmans voor om het woord ‘kiplekker’ uit het woordenboek te schrappen. Want een plofkip voelt zich allesbehalve kiplekker, stellen ze.
Alternatieven mogelijk
In België gaat het op jaarbasis nog steeds om 300 miljoen kippen, waarvan het merendeel in grootschalige bedrijven in hooguit zeven weken wordt vetgemest. Die snelle groei veroorzaakt allerlei ziekten en aandoeningen, zegt Gaia-directeur Ann De Greef in Knack. “Ze lijden aan botmisvormingen, kreupelheid, borstblaren, brandwonden aan de voetzolen, buikzucht,…”
Met de campagne klaagt Gaia de leefomstandigheden van de dieren aan. Tegelijkertijd roept de dierenrechtenorganisatie supermarkten en andere retailers op om over te schakelen op alternatieven, zoals kippenvlees afkomstig van trager groeiende rassen. “Zo heb je het sterrenlabel van Beter Leven Keurmerk (BLK) of de normen van het European Chicken Commitment. Beide labels staan garant voor vlees van kippen van trager groeiende rassen, waarbij minder dieren gehouden worden per vierkante meter, die droog strooisel en buitenloop krijgen”, aldus De Greef.
De Nederlandse supermarktketen Jumbo heeft eerder al aangekondigd om vanaf 2023 enkel nog kippenvlees van trager groeiende rassen te zullen verkopen.
