L’Oréal heeft naar eigen zeggen de sterkste groei in ruim tien jaar achter de rug, maar toch de cosmeticagroep doet het slechter dan verwacht. Vooral de luxemerken en de Aziatische markten zorgen voor groei.
Luxe en make-up
De eerste jaarhelft leverde voor L’Oréal gemengde resultaten op. Bij de cosmeticagroep steeg de vergelijkbare omzet met 7,3% naar 14,81 miljard euro, precies evenveel als analisten verwachtten. CEO Jean-Paul Agon noemt het de sterkste groei in meer dan een decennium. L’Oréal heeft zijn groei vooral te danken aan de luxe- en cosmeticaproducten van de Franse groep: in de luxedivisie gingen de verkopen in de eerste jaarhelft met 13% omhoog tot 5,15 miljard euro.
De nettowinst klom in de zes maanden tot 30 juni naar 2,33 miljard euro, ten opzichte van 2,28 miljard euro een jaar eerder. Analisten gingen echter uit van 2,46 miljard euro. Tijdens het voorbije tweede kwartaal werd bovendien duidelijk dat de professionele producten en de consumentenverzorgingslijnen in het slop zitten: daar steeg de omzet met respectievelijk 2,7% en 2,8%. De cosmeticaverkoop ging er in het tweede kwartaal met 14,4% op vooruit.
Noord-Amerika valt tegen
Een andere tegenvaller is de achteruitgang op de Noord-Amerikaanse markt: in het afgelopen kwartaal viel de omzet in Noord-Amerika met 1,1% terug tot 1,91 miljard euro. In Zuidoost-Azië steeg de omzet daarentegen met 25,5% in dezelfde periode.
Over het hele kwartaal haalde de Franse FMCG-producent een vergelijkbare omzet van 7,26 miljard euro, goed voor een groei van 6,8%. Ook dat viel de analisten tegen, die op een groei van 7,4% hadden gerekend. L’Oréal houdt niettemin aan zijn prognose voor het volledige boekjaar vast en verwacht over het hele jaar bovengemiddelde groei.
