De Europese Commissie gaat de overname van Pringles-producent Kellanova door Mars uitgebreid onderzoeken, nadat retailers hun bezorgdheid hebben geuit over een mogelijk te grote machtpositie van de fabrikant.
Dominante positie
In augustus vorig jaar kondigde Mars de grootste overnamedeal van de afgelopen tien jaar in de voedingssector aan: het Amerikaanse familiebedrijf deed een bod van bijna 36 miljard dollar (32 miljard euro) om de beursgenoteerde snacksfabrikant Kellanova over te nemen, bekend van merken als Pringles en Kellogg’s. Die overname is echter nog niet afgerond omdat ze wacht op de goedkeuring door antitrustautoriteiten in de markten waar de spelers actief zijn. Enkel India heeft de deal al onvoorwaardelijk goedgekeurd.
Ook in de VS worden weinig problemen verwacht, maar in Europa ligt dat anders: daar zal de overname mogelijk worden onderworpen aan een grootschalig mededingingsonderzoek, meldt Reuters op basis van bronnen die dicht bij de zaak staan. Europese retailers zouden bezwaar hebben geuit tegen de deal omdat Mars en Kellanova, samen goed voor een omzet van meer dan 52 miljard euro, een te dominante positie zouden verkrijgen. De overlap in assortiment tussen beide bedrijven is weliswaar beperkt, maar de concentratie in de voedingssector is al groot, wat de onderhandelingspositie van supermarkten zou verzwakken.
Een voorlopig onderzoek loopt af op 25 juni, maar daar wordt nog geen uitsluitsel verwacht. Een diepgaand onderzoek door de Europese Commissie zou de afronding van de overname fors kunnen vertragen, tenzij Mars snel met concessies zou komen.